Hoe moet je startkabels gebruiken?

Startkabels gebruiken is helemaal niet zo moeilijk, maar toch doe je er goed aan om dit stappenplan er even bij te nemen. Zo voorkom je dat je jezelf bezeert of de elektronica of accu van je auto beschadigt. Ook in de regen kun je veilig startkabels gebruiken, zolang je goed oplet en de kabels correct aansluit.

Belangrijke tip: ler erop dat de helpende auto ongeveer even groot is als je eigen auto. Zo weet je zeker dat de accu voldoende vermogen heeft om jouw motor weer te starten.

1.    De juiste startkabels gebruiken

Startkabels voor een dieselmotor zijn 25 millimeter dik. Je kunt ze ook voor een benzinemotor gebruiken. Startkabels voor een benzinemotor hebben daarentegen een dikte van 16 millimeter. Je mag er geen dieselmotor mee proberen te herstarten, want zo raken de kabels algauw oververhit.

Kan je een diesel starten met een benzineauto? Ja, dat kan, maar zorg dat je gebruikmaakt van voldoende dikke startkabels (25 millimeter).

Startkabels gebruiken bij verschillende soorten auto's

• Startkabels gebruiken automaat: volg het stappenplan hieronder. Let er extra op dat de automaat in de stand 'P' (Park) staat.
• Startkabels gebruiken diesel: gebruik voldoende dikke startkabels (25 millimeter) en volg het stappenplan hieronder.
• Startkabels gebruiken elektrische auto: lees altijd goed de handleiding van je elektrische auto. In veel gevallen mag je een elektrische auto niet met startkabels proberen te starten.

2.    Sluit de rode startkabel aan

Schakel eerst alle elektronica in beide auto’s uit om piekspanning te voorkomen. Sluit vervolgens de rode startkabel aan op de pluspool (+) van de accu van de helpende motor. Let op, de motor mag nu nog niet draaien! De klem die nog overblijft, sluit je aan op de pluspool (+) van de accu van de auto die niet wil starten.

3.    Sluit de zwarte startkabel aan

Neem nu de zwarte startkabel en sluit de eerste klem aan op de minpool (-) van de motor die nog wel start. De klem die overblijft, sluit je aan op het motorblok van de andere auto. Het maakt op zich niet uit waar je de klem precies vastmaakt, zolang het maar op een bloot stuk metaal is. Je mag de klem ook aansluiten op de minpool (-) van de accu.

4.    Start de helpende auto

Start de motor van de helpende auto en laat hem minstens vijf minuten draaien voor je de defecte auto weer probeert te starten. Zo krijgt de accu voldoende tijd om op te laten. Tip: om de defecte auto in de tussentijd zo veel mogelijk stroom te geven, helpt het om een beetje gas te geven (het toerental op te drijven).

5.    Start de defecte auto

Nu kun je de defecte auto opnieuw proberen te starten. Slaat de motor weer aan? Goed zo, maar houd de startkabels nog even aangesloten en laat de motor ondertussen nog minstens tien minuten draaien.

6.    Zet de achterruitverwarming aan

Door de achterruitverwarming van beide auto’s in te schakelen, voorkom je dat het ontkoppelen van de kabels (in de volgende stap) de elektronica beschadigt.

7.    Verwijder de startkabels

Zodra de motor lang genoeg heeft gedraaid (minstens tien minuten, dus), kun je de startkabels weer ontkoppelen. Opgelet! Koppel eerst de zwarte kabel los van de defecte auto en daarna van de helpende auto. Daarna is de rode kabel in dezelfde volgorde aan de beurt.

Door deze richtlijnen te volgen, start je je auto veilig en efficiënt met startkabels, zelfs in de regen!

8.    Rij nog even rond

Rijd nog minstens 15 minuten rond om zeker te weten dat de accu voldoende opgeladen is.

Wat als je motor starten met startkabels niet lukt?

Probeer je auto nog een keer te starten. Lukt het nog steeds niet? Dan kan je accu defect zijn. In dat geval is het verstandig om een garage te raadplegen. Is je accu binnen een paar dagen alweer leeg, dan is een onderhoudsbeurt aan te raden. Je kunt hiervoor terecht bij Suzuki onderhoud & services.